Home Patiënten Veelgestelde vragen

Veelgestelde vragen

Wat is hersenvliesontsteking?

Hersenvliesontsteking, in medische termen ‘meningitis’, kent verschillende oorzaken. Hieronder kunt u informatie vinden over bacteriële, virale en chronische meningitis.

Bacteriële meningitis
Hersenvliesontsteking (meningitis) is een infectie van de hersenvliezen die door zowel bacteriën als virussen veroorzaakt kan worden. Vooral bacteriële meningitis is een levensbedreigende aandoening, waar patiënten snel aan kunnen overlijden. Ondanks goede antibiotica en snelle behandeling overlijdt nog steeds 25% van de patiënten.

Patiënten die het overleven hebben vaak restverschijnselen zoals doofheid, een verlamming of concentratie- en geheugenklachten. Dankzij vaccinatie is het voorkomen van bacteriële hersenvliesontsteking bij kinderen de laatste 20 jaar flink afgenomen en komt de ziekte nu vaker voor bij volwassenen dan bij kinderen. De meest voorkomende bacteriën zijn de pneumokok (Streptococcus pneumoniae) en de meningokok (Neisseria meningitidis). De meningokok komt vooral voor bij kinderen en jongvolwassenen (15-25 jaar), en de pneumokok met name bij zuigelingen en ouderen. Hersenvliesontsteking wordt regelmatig veroorzaakt door de bacterie bij een oor- of bijholteinfectie de hersenvliezen kan binnendringen. Symptomen kunnen in het begin lijken op een flinke griep, waarna kenmerkende verschijnselen als heftige hoofdpijn, misselijkheid, een stijve nek en sufheid ontstaan. De ziekte kan zeer snel verlopen en daarom is het belangrijk dat het snel herkend wordt. Om de diagnose te stellen is een ruggenprik noodzakelijk, waarna de bacterie in het hersenvocht kan worden aangetoond. Soms is het nodig voor de ruggenprik een CT-scan van het hoofd te maken om te zien of er geen andere ziekte, zoals een hersenabces, speelt. Bacteriële hersenvliesontsteking wordt behandeld met antibiotica en ontstekingsremmers
(dexamethason). Ook als de behandeling gestart is kunnen helaas nog veel complicaties ontstaan. Mensen met bacteriële hersenvliesontsteking kunnen gehoorverlies ontwikkelen (20-25%), een beroerte krijgen (20-25%), epilepsie (25%), of een waterhoofd (hydrocephalus, 5%). Vanwege de complicaties kan het nodig zijn tijdens de opname een nieuwe scan van het hoofd te maken (CT of MRI), een hersenfilmpje (EEG) of een nieuwe ruggenprik. De behandeling met antibiotica moet 1 tot 3 weken worden gegeven, afhankelijk van welke bacterie wordt gevonden. Het kan noodzakelijk zijn dat de patiënt door andere specialisten wordt nagekeken, bijvoorbeeld door een cardioloog om een hartklepontsteking vast te stellen, of een KNO arts om aan een oorontsteking te opereren of een gehoorimplantaat te plaatsen bij gehoorverlies.


Virale hersenvliesontsteking / hersenontsteking
Virussen kunnen zowel een hersenvliesontsteking (meningitis) als een hersenontsteking (encefalitis) geven. Hersenvliesontsteking door virussen is over het algemeen minder ernstig dan bacteriële hersenvliesontsteking of virale hersenontsteking. De ziekte lijkt op een heftige griep en gaat na enkele dagen spontaan weer over. Behandeling hiervan is vaak niet nodig, behalve met pijnstillers voor de hoofdpijn. Een hersenontsteking door virussen is een zeer ernstig ziektebeeld, waarbij patiënten vaak met klachten van epilepsieaanvallen, koorts en gedragsveranderingen of zelfs in coma op de eerste hulp komen. Ook hier kan de ziekte met een ruggenprik vastgesteld worden, door het virus in het hersenvocht aan te tonen, maar is een scan van de hersenen ook vaak nodig. Behandeling van de virale hersenontsteking gebeurt met antivirale medicijnen via het infuus (aciclovir). Helaas is de sterfte nog hoog en houden veel patiënten die het overleven geheugenklachten over.
 

Chronische hersenvliesontsteking
Een chronische hersenvliesontsteking is een ontsteking van de hersenvliezen die een maand of langer aanhoudt. Oorzaken hiervan kunnen infecties zijn die (zeer) langzaam verlopen, bijvoorbeeld tuberculose, HIV, of syfilis. Vaak wordt ook gedacht aan ziekten die door dieren, teken of insecten overdraagbaar kunnen zijn (bijvoorbeeld kattenkrabziekte, ziekte van Lyme of West nile virus) of tropische infecties die vanuit het buitenland mee teruggenomen kunnen worden. Maar ook andere oorzaken dan infecties kunnen dit ziektebeeld veroorzaken zoals medicijngebruik, vormen van kanker, en ontstekingsziekten zoals sarcoidose. Patiënten met een chronische hersenvliesontsteking kunnen allerlei soorten klachten hebben zoals koorts, hoofdpijn, misselijkheid,
geheugenstoornissen of verwardheid. Deze klachten ontwikkelen zich vaak geleidelijk en kunnen wisselen van ernst. Om een diagnose te kunnen stellen is vaak uitgebreid onderzoek nodig, met onder andere bloedonderzoek, vaak meerdere ruggenprikken, en scans van de hersenen of andere lichaamsdelen. Aangezien er regelmatig geen diagnose gesteld kan worden wordt soms op proef gestart met behandeling, zonder dat helemaal duidelijk is wat er aan de hand is. De reactie op de behandeling is dan ook een belangrijk gegeven om vast te stellen welke ziekte het is. Omdat het moeilijk te achterhalen kan zijn wat er aan de hand is worden mensen met chronische meningitis vaak naar het Amsterdam UMC doorverwezen voor een tweede mening.

Wat is neurosarcoïdose?

Bij mensen met sarcoïdose is er sprake van een stoornis van het immuunsysteem, dat er toe leidt dat het lichaam wordt beschadigd. Het ontstaat door een ongecontroleerde reactie van het immuunsysteem op een nog onbekende prikkel bij patiënten die daar gevoelig voor zijn. Bij sarcoïdose ontstaan ophopingen van ontstekingscellen, ook wel granulomen genoemd, die in het hele lichaam kunnen voorkomen. Meestal komen deze granulomen vooral voor in de longen, maar ook de huid en de ogen zijn vaak aangedaan. Het zenuwstelsel is in 1 op de 20 patiënten met sarcoïdose aangedaan - dit wordt neurosarcoïdose genoemd. De manier waarop de ziekte zich uit en hoe ernstig het is verschilt enorm van persoon tot persoon. Als de granulomen in de hersenen zitten kan sarcoïdose zorgen voor bijvoorbeeld een aangezichtsverlamming, hersenvliesontsteking of epilepsie. Als de ontstekingscellen in het ruggenmerg zitten dan kan dit leiden tot een dwarslaesie met krachtsverlies in de benen. Ook kunnen enkel kleine zenuwtakjes in de voeten zijn beschadigd wat kan leiden tot een veranderd gevoel en pijn.

De diagnose neurosarcoïdose kan soms erg lastig zijn. Om de diagnose 100% zeker te stellen moeten er in zenuw- of hersenweefsel onder de microscoop granulomen gezien worden. Vaak zijn dit soort operaties echter te gevaarlijk, en wordt de diagnose neurosarcoïdose gesteld door granulomen aan te tonen in een ander deel van het lichaam, meestal in lymfeklieren of de longen. De combinatie van neurologische klachten, afwijkingen op scans of in het hersenvocht samen met sarcoïdose ergens anders in het lichaam leidt dan vaak tot de diagnose “waarschijnlijk neurosarcoïdose”. In dit hele proces zijn vaak bloedonderzoek, onderzoek van het hersenvocht door middel van een ruggenprik, zenuwgeleidingsonderzoek en/of scans van het zenuwstelsel en andere delen van het lichaam nodig.

Als de diagnose neurosarcoïdose waarschijnlijk is kan een behandeling nodig zijn. De behandeling van sarcoïdose bestaat uit medicijnen die het immuunsysteem afremmen, zoals prednison. Dit is een snel werkzaam hormoon dat het immuunsysteem afremt en kan in een stootkuur met een infuus of in tabletten worden voorgeschreven. Vaak is een combinatie van beide nodig om de ziekte snel en krachtig te onderdrukken. Als de ziekte ondanks behandeling met prednison niet onder controle te krijgen is of de behandeling lang lijkt te gaan duren, kan een tweede middel worden gegeven wat op een andere manier het immuunsysteem remt, bijvoorbeeld methotrexaat of azathioprine. Dit zijn medicijnen die ook bij andere ziekten van het immuunsysteem zoals reumatoïde artritis worden gegeven. Bij zeer hardnekkige sarcoïdose kunnen uw artsen er ook voor kiezen om een behandeling met specifieke krachtige antistoffen te geven zoals infliximab.

Neurosarcoïdose is een ernstige ziekte waarbij een op de drie mensen onvoldoende opknapt ondanks behandeling. Wij verrichten momenteel meerdere wetenschappelijke onderzoeksprojecten om de diagnostiek en behandeling van neurosarcoïdose te verbeteren. Hierbij werken we nauw samen met het Erasmus MC te Rotterdam waar ook veel onderzoek plaatsvindt naar sarcoïdose. Meer informatie hierover kunt u vinden onder het kopje ‘patiënten’ en ‘wetenschappelijk onderzoek’.

Wat is neuroborreliose (ziekte van Lyme) ?

De ziekte van Lyme ontstaat door een infectie met de Borrelia bacterie, die wordt overgebracht door teken. Niet alle teken dragen deze bacterie bij zich (in Nederland naar schatting 10 tot 30 % van de teken) en bij besmetting met de bacterie krijgt niet iedereen ziekteverschijnselen. De eerste ziekteverschijnselen zijn vaak een karakteristieke rode ring op de plek van de beet die geleidelijk verplaatst (erythema migrans). Deze rode ring kan echter ook ontbreken, terwijl er toch een infectie is. De bacterie kan zich verspreiden door het lichaam en allerlei plekken een infectie geven. Vaak zijn de huid en gewrichten betrokken, maar soms kan ook het zenuwstelsel aangedaan zijn. Als de Borrelia bacterie het zenuwstelsel heeft geinfecteerd, wordt dit neuroborreliose genoemd. Een Borrelia infectie van het zenuwstelsel kan op verschillende manieren tot uiting komen, variërend van een scheef gezicht door uitval van de aangezichtszenuw, hersenvliesontsteking of pijn en krachtsverlies in een arm of been door zenuwwortelontsteking.

De diagnose neuroborreliose kan worden vastgesteld als Borrelia antistoffen (afweerstoffen die het lichaam aanmaakt tegen de Borrelia bacterie) kunnen worden aangetoond in het bloed én in de hersenvloeistof. Deze antistoffen kunnen de eerste weken na de tekenbeet nog afwezig zijn, maar als de klachten langdurig aanwezig zijn kan door middel van de gangbare testen, de ziekte van Lyme met voldoende zekerheid worden aangetoond. Indien er in het bloed antistoffen tegen de Borrelia bacterie worden aangetroffen en er zijn neurologische klachten, is er vaak genoeg reden om een ruggenprik te doen om neuroborreliose verder te onderzoeken. Bij neuroborreliose worden ontstekingscellen in het hersenvocht aangetroffen, een verhoogd eiwitgehalte en antistoffen tegen Borrelia.

De behandeling van neuroborreliose bestaat uit het geven van antibiotica via een infuus. Voor meer informatie over diagnose en behandeling van de ziekte van Lyme in het AMC verwijzen we naar de folders van het AMC Lyme Centrum:

Amsterdam UMC Multidisciplinair Lymeziekte Centrum (AMLC)

Wat is een ruggenprik?

Voor veel neurologische infectie- en ontstekingsziekten is een ruggenprik noodzakelijk om hersenvocht te onderzoeken. Hersenvocht wordt in de hersenkamers (ventrikels) aangemaakt en omspoelt het hele centrale zenuwstelsel (hersenen, ruggenmerg). In dit vocht zitten allerlei stoffen en lichaamscellen, zoals witte bloedcellen, die onze hersenen beschermen tegen bijvoorbeeld een infectie. Bij een ruggenprik wordt met een naald tussen de wervels door geprikt in het wervelkanaal, waar hersenvocht rondom de zenuwen aanwezig is. Deze zenuwen kunnen hierbij niet beschadigd worden: ze worden door de naald opzij geduwd (vergelijkbaar met een vork in spaghetti prikken).

Een ruggenprik kan gevaarlijk zijn indien u bloedverdunners gebruikt - met name die waarvoor controle nodig is bij de trombosedienst (acenocoumarol, sintrommitis en marcoumar). Meldt dit dan ook altijd aan de arts voordat een ruggenprik gepland wordt. Mogelijk dat uw medicijnen tijdelijk gestopt moeten worden.

Een mogelijke complicatie van de ruggenprik is nalekkage van het hersenvocht waardoor een te lage druk in het hoofd kan ontstaan. Dit geeft hoofdpijn die vermindert als u gaat liggen. Deze klacht treedt bij ongeveer 2-5% van de patiënten op en gaan vaak spontaan over indien u 24 op bed rust. Als de klachten langer dan 3 dagen aanhouden is het verstandig contact op te nemen met de arts die de prik heeft gedaan.

Neurologen en arts-assistenten neurologie verrichten wekelijks ruggenprikken en zijn hier zeer bedreven in. Toch kan het voorkomen dat de ruggenprik niet in 1 keer lukt. Voorafgaand aan de prik zal de arts die de ruggenprik gaat doen duidelijk de procedure en risico’s bespreken.

Amsterdam UMC patiëntenfolder ruggenprik

Wat voor onderzoek wordt er gedaan naar neurologische infectieziekte en ontstekingsziekten in het AMC?

Op de afdeling neurologie van het Amsterdam UMC wordt al jaren onderzoek gedaan naar neurologische infectie- en ontstekingsziekten. Door het verzamelen van patiëntengegevens, lichaamsmateriaal en door middel van laboratoriumexperimenten hopen we meer inzicht te krijgen in de ziektes en nieuwe ideeën te krijgen voor de behandeling.

Lees verder

Hoe kan ik een bijdrage leveren aan het onderzoek?

Het doel van ons wetenschappelijk onderzoek is het verbeteren van de preventie, diagnostiek, behandeling en nazorg van patiënten met neurologische infectie- en ontstekingsziekten. Tevens zetten wij ons in voor het verspreiden van richtlijnen voor diagnostiek en behandeling, om te zorgen dat iedereen de beste behandeling krijg. Met behulp van donaties kunnen wij ons wetenschappelijk onderzoek blijven uitvoeren en nieuwe onderzoeksprojecten starten. Uw bijdrage aan ons onderzoek wordt zeer gewaardeerd.

Lees verder

Hoe kom ik in contact?

De afdeling neurologie van het Amsterdam UMC heeft neurologische infectie- en ontstekingsziekten als speerpunt in zowel de patiëntenzorg als het onderzoek. Dit betekent dat er een speciale polikliniek is voor deze patiëntengroep.

Lees verder